26 kinderen verloren vader door aanval in synagoge

Door de terreuraanval van dinsdag in de Benei Torah synagoge, waardoor vijf mensen werden gedood, zijn in totaal 26 kinderen halfwees geworden. In de getroffen synagoge werd vanochtend weer een gebedsdienst gehouden.

Terwijl het verdriet groot is, blijft de hele natie eensgezind en probeert verder te leven en elkaar te helpen. Een inwoonster van de wijk Har Nof vertelt van een gebeurtenis die op dezelfde dag plaatsvond:

‘Ik was in een kleine supermarkt in Har Nof. De winkelier sprak met een medewerker over de namen van de slachtoffers, die net werden vrijgegeven. Op dat moment liep een knappe jongen van zeven jaar met zijn rabbi de winkel binnen. De rabbi noemde met een hese stem de volledige naam van de glimlachende jongen. De winkelier besefte meteen, dat dit de zoon van een de vermoorde mannen was. De rabbi gaf hem echter een teken, dat het kind nog niets was verteld.

De winkelier liep meteen naar de jongen, hield hem snoepgoed voor en zei: ‘Hier, mijn jongen, je mag hebben wat je wilt – wil je deze hier graag?’ Het kind lachte en zei ja. Daarop fluisterde de verkoper tegen hem: ‘Als je iets uit mijn winkel wilt, kom dan maar hier en ik geef het je voor niets.’

De jongen fluisterde een bedankje en zag er gelukkig uit. Zijn rabbi bedankte de verkoper met een knipoog en beiden verlieten de winkel. De winkelier kon zijn tranen niet bedwingen en liet zijn hoofd in zijn handen zakken.’

‘De terroristen hebben helemaal niets bereikt’
Ongeveer dertig mensen waren woensdagochtend vroeg voor het ochtendgebed naar de Benei Torah synagoge gekomen. Enkelen van hen waren hier dinsdagochtend ook, sommigen van hen zijn nog steeds gewond.

Anderen kwamen om hun solidariteit te tonen, waaronder minister van Economische Zaken Naftali Bennett en Knessetlid Dov Lipman.

Akiva Pollack, verpleger en inwoner van de wijk, die dinsdag als een van de eersten ter plaatse was, kwam naar het gebed, ook al was hij een beetje bang. ‘Ik ben nu naar de synagoge gekomen, maar ik heb net op straat goed rondgekeken voordat ik naar binnen ging,’ zei hij. ‘Ik was al bang dat het weer zou kunnen gebeuren. Het is moeilijk om weer hierheen te komen, ik kende twee van de slachtoffers.’

Het Knessetlid Lipman zei: ‘Het was belangrijk voor mij om deel te nemen aan hetzelfde ochtendgebed als waarbij de aanval van gisteren plaatsvond, om de regelmatige bezoekers te ondersteunen en om te tonen dat ‘Am Israel Chai’ – het volk Israël leeft, en dat de terroristen helemaal niets hebben bereikt! ‘

NAI.