Het Israëlisch-Palestijnse conflict krijgt buitenproportioneel veel aandacht, zowel van de internationale politiek als van de media. In vergelijking met de overige brandhaarden in de wereld is het slechts een klein conflict, al duurt het wel erg lang.
In landen als Syrië, Darfur en andere oorlogsgebieden sterven en stierven zoveel meer mensen, dat een vergelijking met de Palestijnse kwestie niet opgaat. Als westerse politici en zogenaamde vredesorganisaties werkelijk zo begaan zouden zijn met het menselijke leed, dan zou hun aandacht toch veel meer naar andere gebieden in de wereld moeten uitgaan?
Maar in plaats daarvan blijft men zich telkens weer op Israël blindstaren. De zogenaamd neutrale VN roept hulporganisaties in het leven en stelt gedenkdagen in, uitsluitend voor Palestijnse Arabieren, alsof hun leed het leed van alle andere volken overtreft.
En dan heb ik het nog niet eens over het feit, dat de Palestijnen vooral zelf verantwoordelijk zijn voor het leed dat ze te dragen hebben. Veel slachtoffers vielen immers in het gewapende conflict tussen Hamas en Israël, omdat Hamas woonhuizen en publieke gebouwen gebruikte als wapenopslagplaats of als aanvalsbasis voor raketten en afweergeschut.
Amerika en de Europese en Arabische landen hadden plechtig beloofd financiële steun te leveren voor de ‘wederopbouw’ van Gaza. Maar volgens de cijfers van UNRWA, de vluchtelingenorganisatie van de VN die verantwoordelijk is voor de wederopbouw van Gaza, is er nog nauwelijks iets gedoneerd. En dat terwijl er in oktober 2014 5,4 miljard dollar werd toegezegd tijdens de donorconferentie in Kaïro.
Lees het gehele artikel in het juninummer van het Israel Today Magazine