Van 5 november t/m 25 november 2004
Vrijdag 5 november 2004
Opgestaan om vijf uur en om half zes brengt Jorrit ons naar Schiphol.
Daar zijn we om half zeven. Daar staan we even in de rij voordat we meegenomen worden om diverse vragen te beantwoorden betreffende de veiligheid. Als dat afgewerkt is gaan we inchecken en dan gaan we op de koffie af. Eerst nog even parfum inslaan en een krantje kopen.
Om vijf voor half tien gaan we de lucht in en na een voorspoedige vlucht landen we om vijf over half drie Israëlische tijd op de luchthaven Ben Goerion.
We kijken onze ogen uit. Er is juist afgelopen dinsdag een compleet nieuwe vlieghaven in gebruik genomen. Heel groot en heel mooi met veel marmer. Onderweg heb ik een heel gesprek met een voormalige handwerkonderwijzeres en lerares Engels.
Om vier uur hebben we de auto en om zes uur komen we aan in Nes Ammim. Daar krijgen we een compleet huis met drie slaapkamers. Om zeven uur gaan we eten en dat is deze keer zeer uitgebreid. Voorgerecht met zalm en soep en hoofdgerecht van schijven rundvlees en kipfilets, diverse groenten en een toetje toe. Ook nog een schaal met fruit. Lekker.
We zijn benieuwd hoe het met Arafat gaat. Gisteren werd op het journaal eerst gezegd dat hij was overleden en later werd dat weer tegengesproken. We horen zojuist dat hij nog in leven is. We zijn erg benieuwd wat er gaat gebeuren. Even de krant doornemen en dan vroeg naar bed.
Zaterdag 6 november 2004.
Sabbat vandaag. Lekker geslapen en het is mooi weer. De zon schijnt op onze slaapkamer. Om kwart over negen naar het ontbijt. Kwart over tien gaan we bij Jannie op de koffie. We gaan heerlijk in de tuin zitten en drinken koffie met eigen gemaakt warm appelgebak. Lekker bij gekletst. Ondertussen was een mol een flinke hoop aan het maken. Nog nooit gezien. Frans heeft nog een poging gewaagd om hem te vangen, maar het mocht niet baten.
Half vijf wandelen we nog even over de kibboets en gaan ook nog naar het graf van Jaïr. Een graf van ruw uitgehouwen steen. Mooie begraafplaats, langs de Middellandse Zee.
Daarna gaan we terug naar Nes Ammim, met de belofte dat we dinsdagavond terugkomen.
We zijn de enigste gasten die komen eten. Een Hollands meisje bediende ons. Marianne. Ze is hier nu vijf maanden en blijft nog een jaar. Acht uur zijn we weer in ons huis. We drinken nog wat cola en gaan op tijd naar bed.
Zondag 7 november 2004.
Weer opgestaan met de zon op onze slaapkamer. Om negen uur gaan we ontbijten. Daar ontmoeten we een Nederlandse vrouw die voor de vijfde dag aan het werk is in Nes Ammim. Ze blijft samen met haar man hier 2 jaar werken. Ze heeft het nog een beetje moeilijk, maar is heel enthousiast. Er werken hier nu verschillende Nederlanders.
Om half elf vertrekken we naar Akko, waar we nog een keer de oude stad bezoeken met de ondergrondse gewelven en tunnels. We eten wat in een Arabisch tentje. Het is hier erg schoon, Om half twee lopen we weer naar de auto. We halen nog een fles wijn in de supermarkt en gaan dan naar huis waar we lekker lui zijn. Om zeven uur in de eetzaal. We eten weer samen, maar na ons komt nog een groep. Het eten is echt vooruit gegaan. We eten heerlijk. Om tien uur liggen we plat.
Straatje in Akko.
Maandag 8 november 2004.
Deze keer staan we op met bewolkt weer. Om kwart over tien stappen we in de auto en gaan naar het Warschau Verzetsmuseum. Daar zijn heel veel foto’s te zien over de Joden die naar de kampen gingen. Ook Anne Frank wordt daar genoemd. Ook dat er veel Joden ondergedoken waren in Nederland en dat in Amsterdam gedemonstreerd is tegen het feit dat de Joden werden opgepakt. Ernaast is nog een museum gewijd aan Joodse kinderen die omgekomen zijn.
Aquaduct naar Akko.
Daarna rijden we door naar Nahariya en eten daar een broodje. We wandelen ook langs het strand en lopen door de stad. Om vier uur stappen we in de auto en rijden nog naar Rosh Ha’nikra. Daar gaan we nog met de kabelbaan naar beneden en zien de krijtrotsen en grotten. Ook gaan we nog in de tunnels waar de trein van Egypte naar Turkije doorheen reed. De Joodse Hagana heeft die in 1947 opgeblazen omdat ze bang waren dat de Arabieren deze lijn zouden gebruiken om militairen en voorraden te brengen. We zien het hier donker worden.
Rosh Ha’nikra bij de grens van Libanon.
Om half zes zijn we weer onderweg naar Nes Ammim. Om zes uur doen we nog boodschappen. Kwart over zes zitten we lekker achter een glaasje wijn.
Veel gedaan vandaag. Weer alleen in de eetzaal. We eten heerlijk.
We gaan weer vroeg naar bed.
Dinsdag 9 november 2004.
De dag begint weer zonnig. Om kwart over negen gaan we naar de eetzaal. Niet zo uitgebreid als we de laatste dagen gewend zijn.
Vandaag gaan we naar Safed. Niet veel veranderd in de Jeruzalemstraat. We drinken in hetzelfde tentje koffie als eerder met Jan de Jong. Het is veranderd en een andere man staat achter de toonbank. Voor de drieling kopen we een vestje en voor Levi ook een truitje.
Na Safed gaan we naar BarÁm waar een synagoge te zien is die goed intact is gebleven. Bijna net zo goed als de synagoge in Kapernaum.
BarÁm synagoge
Op de terugweg gaan we kijken in het overdekte winkelcentrum van Nahariya. De manager van Nes Ammim herkent ons en vraagt wat we hebben gedaan vandaag.
We ruilen een overhemd in het winkelcentrum bij Nes Ammim en om kwart voor zes zijn we thuis.
We worden vanmorgen uitgenodigd om vanavond om zeven uur te komen eten, want het bestuur van de P.K.N. onder leiding van Bas Plezier komt hier dan ook eten.
Ria (de volontair, die wij deze week hebben leren kennen) is er vol van. We proberen een paar R.D.’s voor haar op de kop te tikken in Nederland en aan haar op te sturen. Na het eten gaan we om kwart over acht naar Jannie. Die heeft de koffie al klaar.
We praten gezellig maar de klok tikt door en om half elf stappen we op, met de belofte dat we donderdagavond nog terugkomen. Een latertje voor ons vanavond.
Woensdag 10 november 2004.
We staan op met stralend weer. Frans belt even naar kantoor. Geen problemen. Regen en wind en 8º. Dus we zitten hier geweldig in onze korte broek. Vandaag gaan we naar Haifa.
We willen naar de grot van Elia in de kerk Stella Maris en die is te bereiken via de kabelbaan volgens Dominicus. We zoeken en zoeken en denken te weten waar het is, maar we zien geen kabelbaan. Dan zie ik op de kaart dat we ook naar boven kunnen rijden en dat doen we dan maar. Als we boven zijn is de grot en het klooster gesloten tot half drie en het is nu half een. We gaan weer naar beneden en gaan naar het grote winkelcentrum net voor Haifa. Daar kijken we rond en drinken we koffie. Voor Kim kopen we nog een truitje. Ik wil nog een broek kopen omdat ik alleen een korte broek aan heb, om in het klooster te kunnen gaan. Maar geen broek voor mij te vinden.
Dan is het al gauw drie uur en we besluiten via de Carmelroute naar huis te gaan. We rijden langs de universiteit. Een prachtig uitzicht. Via wegnr.70 naar Nahariya. Veel file onderweg. In het winkelcentrum bij Nes Ammim kopen we nog sportschoenen voor Frans. Thuis drinken we nog wat en om zeven uur gaan we eten. Er brandt zelfs een kaars op onze tafel. We eten weer heerlijk. Vóór tien uur liggen we weer in bed.
Donderdag 11 november 2004.
Het weer is mooi als we buiten komen.
We nemen afscheid van Ria Veldman, die heeft morgen een vrije dag. Na het ontbijt gaan we naar Haifa. Daar gaan we naar de grot van Elia in de kerk Stella Maris boven op de Carmel bij het Carmelieten Klooster. Daarna gaan we naar de Bahaitempel, waar we net drie minuten over twaalf aankomen en niet de tempel meer in mogen. We lopen even in de tuinen rond. Alles is keurig verzorgd. Je kan op een paar plekken via een tunnel onder de tuinen doorrijden. Helemaal bovenaan genieten we ook nog van het uitzicht over de tuinen en van Haifa.
Bahai tempel inHaifa.
Daarna bezoeken we langs wegnr.4 het Navymuseum en het Clandestine Immigratiemuseum.
In het Navymuseum is er veel over de scheepvaart in het Midden-Oosten te vinden. In het Immigratiemuseum veel over de boten waar de Joden mee naar Israël kwamen.
Dan wordt het drie uur en vinden we het genoeg. Onderweg naar Nes Ammim horen we op de radio dat Arafat is overleden.
Terug in ons huisje merken we dat er geen stroom is. Daar moeten we eerst op af. Als we buiten komen blijkt dat ze de kabel van de bovenleiding aan het aantrekken zijn. Dus ze zijn er mee bezig. Hopelijk staat voor donker de stroom er weer op. En dat is gelukkig zo. Op de t.v. niets anders dan Arafat.
Er zijn gisteravond laat nog twee Nederlandse dames gearriveerd en die eten nu ook hier. We zitten dus niet alleen. We drinken even samen koffie in de lounge en proberen t.v. te kijken, maar geen enkele Engelse zender is te ontvangen. We gaan maar snel naar Jannie, waar we onze laatste avond in het noorden van Israël doorbrengen. Jannie heeft nog steeds last van haar rug en hoorde ook net vanavond dat ze haar werk kwijt raakt. De boekhouding van de moshave wordt uitbesteed aan een bedrijf buiten de moshave. Hopelijk vindt ze snel weer werk. Inmiddels is het half twaalf en tijd om afscheid te nemen.
We worden weer gecontroleerd bij de ingang van Nes Ammim.
We slapen heerlijk.
Vrijdag 12 november 2004.
Aan het ontbijt ontmoeten we een Joods echtpaar. Ze leven afwisselend in Haifa en in Rijswijk in Nederland. Ze vertellen ons veel over wat te zien is in deze omgeving. Een goede reden om weer terug te komen in Israël.
Het is warm. Onderweg naar Ein Gev sms-t Ingrid of er nog wat te merken is van Arafats dood. We bellen haar dat we niets merken. Alleen veel t.v.-stations die de dood en begrafenis vandaag uitzenden.
Onderweg op de weg nr. 85 vlakbij de afslag naar Tiberias drinken we koffie bij een benzinestation. Dat ziet er mooi uit. Heel gemakkelijke leren stoelen en een prachtig uitzicht.
Om half twee zijn we in Ein Gev. We zijn lekker lui. We doen een tukje, kijken t.v. naar de begrafenis van Arafat. Wat een chaos daar in Rammalah.
Later bij zonsondergang lopen we nog langs het meer. We eten heerlijk in een bomvolle eetzaal. Heel wat anders dan in Nes Ammim. Voor tienen liggen we weer in bed en het waait flink.
Zonsondergang bij het meer van Gallilea.
Zaterdag 13 november 2004.
Shabbat. Om half tien gaan we ontbijten. Eerst waait het nog flink, maar nu gaat het wat beter. Om kwart over tien zijn we klaar en gaan we richting Hamat Gader. Dat ligt ten Zuid-Oosten van het meer van Gallilea, op de Golanhoogte. We rijden eerst een horde fietsers voorbij. Volgens ons is er een ronde om het meer van Gallilea aan de gang.
Dan gaan we richting Hamat Gader en rijden we langs de Syrische grens. Het ligt vol met prikkeldraad langs de weg. We moeten 80 shekel per persoon betalen, dat is € 16,–, maar dan mag je in de warmwaterbronnen en in de kleine dierentuin met krokodillen.
Er zijn diverse baden met verschillende temperatuur. De eerste (overdekte) is heel erg warm. Daar kun je eigenlijk niet in blijven, zo warm.
Het grote bad is aangenaam warm en daar zijn ook jetstreams, waar je lekker tegen aan kan gaan staan. Het stinkt verschrikkelijk naar zwavel. Je ruikt het later nog aan je kleren.
In het park zijn hoofdzakelijk krokodillen, maar ook emoe’s, elanden, apen, kangaroe’s, schildpadden en slangen. Ook is er een soort kinderboerderijtje.
We blijven tot drie uur en rijden dan via wegnr. 98 weer omhoog. Onderweg komen we een weggetje naar rechts tegen en rijden erin, maar dat is een slechte weg met rechts prikkeldraad en een waarschuwing voor mijnen. We naderen een wachttoren en gaan dan toch maar terug.
Even later zien we op wegnr. 98 een aanduiding aan de linkerkant voor een mooi uitzicht. Daar rijden we in en belanden bij een kibboets, die na de onafhankelijkheidsoorlog in 1967 is opgericht. Vanaf 1948 tot 1967 is hier gevochten om dit strategisch gebied, de Golanhoogte.
Hier staat ook het geschut dat op de kibboets Ein Gev was gericht. Op een dag werd wel 200 keer op Ein Gev geschoten.
Hier heb je een prachtig uitzicht over het hele meer van Gallilea. We drinken koffie en besluiten om hier de zonsondergang af te wachten. Dit is zo bijzonder mooi. We genieten en kijken naar de overkant, waar we in de verte de ronde berg Tabor zien en ook de berg Arbel. Prachtig. Na de zonsondergang rijden we via Kursi terug naar Ein Gev. Daar zijn we om kwart over vijf en dan is het ook helemaal donker.
We informeren bij het visrestaurant naar een boottocht over het meer. Als er een groep gaat kunnen we misschien mee. We moeten informeren bij de receptie. Bij de receptie weten ze niet van een groep die gaat, dus is er geen mogelijkheid voor ons. We eten iedere keer heerlijk.
Om half acht bellen we Jorrit. Die heeft weinig tijd, want hij heeft het hele voetbalelftal uitgenodigd om te eten. Ze zijn nu eten halen en hij moet nog wat “rommel”opruimen. We lezen lang en gaan voor ons doen laat naar bed. Pas om half elf.
Zondag 14 november 2004.
We slapen onrustig. Om vier uur gaat de telefoon bij de buren. Die gaan vroeg weg.
Frans zit even te internetten voor het ontbijt en leest dat Sinterklaas gisteren in Alkmaar is gearriveerd. Niet voor te stellen.
Het waaide wel vannacht, maar we lopen naar de ontbijtzaal en hebben nog geen gevoel van herfst over ons. Het is weer warm. Vandaag rijden we de Golanhoogte verder af. We beginnen bij Kursi, waar de varkens vroeger het meer in zijn gedreven. Daar gaan we omhoog en zien een prachtig landbouwgebied. Het is echt een hele grote hoogvlakte. We gaan naar Katsrin, daar drinken we koffie. We gaan verder omhoog en rijden bij Kuneitra een stukje langs de grens tot we niet verder kunnen. De groene weggetjes, afslagen van wegnr. 98 zijn voor particulieren niet te berijden. We gaan verder omhoog naar Majdal Shams. Daar nemen we de groene weg 989 en komen op wegnr. 99 naar Kiryat Shmona uit. We passeren fort Nimrod en de bronnen van Banias. Ook Tel Dan zien we liggen. Bij Kiryat Shmona gaan we via wegnr. 90 naar beneden. Om kwart voor vier zijn we bij Ein Gev en pakken een glaasje wijn. Het eten valt een beetje tegen. Weinig groente en aardappels. Het vlees is heerlijk. Ook de salades zijn lekker. Vroeg naar bed. Het is wel gehorig hier.
Maandag 15 november 2004.
Vandaag is het bewolkt. Om kwart over negen gaan we ontbijten. De koffers zijn al gepakt. Het is druk bij het ontbijt. Veel dames met een hoofddoekje. We denken dat ze na de Rammadan hier vakantie houden. We rijden om kwart over tien weg.
Om elf uur drinken we koffie in Beith She’an. Hier is de film “Jesus Christ Superstar” opgenomen. Daarna rijden we door de Jordaanvallei naar Almog, onze volgende kibboets. Eerst kijken we bij Qumran even naar de Dode Zee. We drinken daar een glaasje cola en gaan dan naar de kibboets. Daar zijn we om half drie. Het huisje is netjes. We moeten naar de grote weg om ons warme eten te krijgen. De keuken van de kibboets is dicht. Wel kunnen we hier ontbijten. Alleen de laatste dag komt er een bus en dan is de keuken open en kunnen we hier warm eten.
Bloeiende woestijn.
Nou, ons plekje om warm te eten is moeilijk te vinden, maar het ligt aan de overkant van de weg, richting Dode Zee, als laatste pottenwinkel. Daarbij staat een soort Bedoeïenenbouwsel. Daar binnen, het heet “De laatste kans”, is een Bedoeïenencafé, kun je liggend en zittend eten. Heel apart. We dachten dat het niet veel zou zijn, maar we eten heerlijk. De deuren staan open en de temperatuur is heerlijk. Sprookjesachtig. Om kwart over acht zijn we klaar en om kwart voor tien liggen we in bed.
Dinsdag 16 november 2004.
Bewolkte dag. We ontbijten in een grote eetzaal. Het is druk. Nog twee bussen vol ontbijters. Maar het is heerlijk. Vandaag gaan we naar Jeruzalem.
Davidstraat in Jerusalem.
We beginnen in de Jehuda en de Jaffastraat, twee belangrijke winkelstraten. Daar laten we de gemaakte foto’s van de flashkaart op CD zetten voor € 4,–. Dat is gauw gebeurd. Daarna lopen we door de orthodoxe Joodse wijk Mea She’arim. Ik wil graag meer foto’s maken, maar het is net Staphorst, ze zijn er niet op gesteld. We lopen midden door de wijk en gaan dan naar de Damascuspoort, waar we via de Soek Jehan Ezzeit, waar het heel druk is, naar de Western Wall lopen.
We gaan eerst koffie drinken in de Joodse wijk in de oude stad. Blij dat we even zitten. In het verlengde van de Davidstraat proberen we op het Tempelplein te komen, maar we komen niet op tijden dat het Tempelplein geopend is. Vanaf ’s morgens half negen tot half twaalf en van half twee tot half drie is het Tempelplein open. Wij zijn er om drie uur, dus….. te laat.
Dan gaan we via de Jaffapoort naar de auto. Eerst gaan we naar het Davidsmuseum, maar dat is maar tot vier uur open, dus maar terug naar Almog. We zijn alle twee moe van het geslenter. Even gerust en om kwart voor zeven gaan we eten. Half zeven bellen we Ingrid nog even. Alles gaat goed met de kinderen. Vandaag is ze naar het WKZ geweest en heeft alle kinderen daar geshowd.
Woensdag 17 november 2004.
Verjaardag Gert. We zullen vandaag even bellen. We vragen bij het ontbijt maar of we vanavond brood en beleg mee kunnen nemen, want we willen rust in onze maag. Om half twaalf stappen we toch in de auto en rijden een stuk tot aan Mitzpeh Shalem langs de Dode Zee. Daar drinken we een flesje cola tegenover het Ahava-gebouwtje bekend van de Dode Zee schoonheidsproducten.
Massada bij de dode zee.
Daarna terug. Om een uur zijn we weer terug. We houden lekker rust. Daarna gaat Frans in bad en ik wandel lekker rond over de kibboets. Ik moet me zelfs haasten, want het begint te druppelen. Op dat moment is dat alles, maar om half zeven regent het echt en de hele avond vallen er buien. We gaan toch naar het Bedoeïenencafé en eten lekker. Op tijd naar bed.
Donderdag 18 november 2004.
Vandaag is Kees jarig. Ook die wordt vandaag gebeld.
We rijden nog even naar Ma’ale Adumim, dat is een nieuwe stad net voor Jeruzalem. Het regent als we naar Ma’ale Adumim gaan. Het is ook koeler geworden. Geen weer om lekker aan de Dode Zee te zitten.We pinnen geld in een winkelcentrum. Ook kijken we nog even rond. We gaan weer gauw terug en de rest van de dag slapen we en lezen we veel.
Vanavond komt er een bus met toeristen eten. Er wordt door de bediening verteld dat ze twee uur later komen, dus pas om negen uur. Misschien is het gezelliger als we dan ga eten, in plaats van nu.
De toeristen zijn Noren die een goed gevuld programma hebben. Morgenochtend om half negen worden ze weer bij de bus verwacht. Wij gaan op tijd naar bed, met de wetenschap niet vroeg op te hoeven staan.
Vrijdag 19 november 2004.
Om tien uur vertrekken we richting Mitzpeh Ramon. Bij de Dode Zee aangekomen tanken we eerst de auto vol. Daar tanken we meestal als we richting zuiden gaan.
Om een uur stappen we even uit bij S-de Boker. Alles is al gesloten voor de Shabbat, anders hadden we daar een kopje koffie gedronken. De eerste president van Israël, David Ben Goerion (zoon van de leeuw) heeft hier de laatste 10 jaar van zijn leven gewoond. Ik maak even een foto van zijn huis en dan gaan we weer verder.
Om half drie zijn we in Mitzpeh Ramon. We krijgen een kamer op de vierde verdieping (zonder lift). Er wordt bij het inchecken gelijk gezegd dat het hotel vol is, dus we hoeven geen andere kamer te vragen. Goed voor onze conditie, zeggen we dan maar.
Mitzpeh Ramon
Als we een poosje op onze kamer zijn begint er een motor te draaien van een afzuiginstallatie of iets dergelijks en is het een rot herrie op onze kamer. Als we naar beneden gaan om te eten vragen we hoelang het nog duurt voor de herrie ophoudt vanavond. Er wordt aandacht aan besteed en als het om half tien nog niet over is moeten we maar gelijk bellen.
De Shabbat begint. Er wordt hier bijna geen aandacht aan besteed. Wel merk je dat er eten opgediend wordt dat al eerder is klaargemaakt en lekker staat te pruttelen op een laag pitje.
Tijdens het eten wordt ons al een andere kamer aangeboden en ook nog twee verdiepingen lager. (Er was dus nog wel plaats) Het blijkt om een compleet woonhuis te gaan. We krijgen een eetkeuken, een woonkamer, 2 slaapkamers, apart toilet en een badkamer. Wat een luxe. Ik verdwaal gewoon. Gelukkig worden de koffers steeds voor ons boven gebracht en nu weer naar beneden.
We maken even weer ons eigen plekje en gaan op tijd naar bed.
Zaterdag 20 november 2004.
Het is druk bij het ontbijt. Wat laten de Israëliërs toch altijd veel eten staan. Ze halen maar en eten het niet op. Dat verbaast ons iedere keer weer.
Na het eten gaan we naar het bezoekerscentrum over de Makhtesh Ramon. Interessant om te zien hoe de krater ontstaan is. Daar heb je ook een prachtig uitzicht over de krater.
Daarna rijden we door de krater en gaan een grindweg op aan de linkerkant van de weg. Dan komen we bij een Bedoeïenencamping. Daar kun je overnachten in een Bedoeïenentent. We rijden al schuddend door en komen dan bij een punt waar vroeger de Nabateërskaravaan overnachtte, die vanuit Jemen naar Asdod ging, (de specerijenroute). Dit heet de Saharonim Strongholt. Daar vlakbij ontspringt ook een klein riviertje. Dan hobbelen we weer terug. Om vier uur zijn we weer terug op onze kamer, nadat we eerst nog wat hebben rondgereden in Mitzpeh Ramon.
Een oven van de Nabateërs in de Negev.
Als we op onze kamer komen staat daar een grote schaal opgemaakt met fruit en een fles mineraalwater. Achteraf blijkt dat iedereen zo’n schaal kreeg omdat het shabbat is.
We eten in de lobby, want wij zijn de enigen die half pension geboekt hebben en de eetkamer is dicht. Nou, het eten is goed. Franse uiensoep vooraf en een gerookte zalmschotel. Heerlijk. Half negen weer op onze kamer. We zijn lekker lui.
Zondag 21 november 2004.
Vandaag begint frisjes. We hebben ons vest aan als we naar het postkantoor gaan om postzegels te kopen. We doen gelijk de kaarten op de brievenbus. We wachten even rustig af hoe onze darmen zich houden vandaag. We bellen de beide oma’s om ± half een, dus in Nederland half twaalf. Oma van Vrouwerff heeft de griep. Niet zo leuk. Volgens oma van Schajik is het weer rustig en vochtig. Om een uur stappen we in de auto en rijden we wegnr. 171 uit tot Lod cisterns. Onderweg zien we eerst de Hemet cistern langs de kant van de weg. Eerst zien we het niet, maar het is een gat in de grond omgeven met stenen en een trap erin, waarin zelfs riet groeit.
Een oase in de Negev.
We rijden verder naar de Lod cisterns. Onderweg zien we in de verte kamelen (dromedarissen) lopen.
Dromedarissen in de dessert.
We wandelen en wandelen, maar zien geen cisterns. We gaan terug omdat we de tijd in de gaten moeten houden vanwege zonsondergang. Als we vlakbij de auto zijn zien we de cistern liggen (Joke de verkeerde route gevolgd. In plaats van de blauwe moesten we de rode bordjes volgen.) We zien van de andere kant kamelen aankomen. Ze passeren ons op een paar meter afstand. Prachtig. Er zijn ook kleintjes bij. Als we terugrijden naar ons hotel zien we ook nog aparte vogels. Hopelijk is de foto gelukt.
Een oase in de Negev.
Het eten is weer heerlijk. We zitten met z’n zevenen, dus weer niet druk. Het seizoen is hier ook over. We nemen een glaasje wijn en om tien uur liggen we in bed.
Maandag 22 november 2004.
We staan op en het zonnetje schijnt. Maar niet voor lang. Als we gaan ontbijten waait het en begint het te regenen. In een ogenblik staat het water binnen. Er zijn namelijk geen drempels, want het regent hier maar zeven dagen per jaar. Overal handdoeken voor de deuren. Het lijkt echt herfst.
Als we door de woestijn naar Eilat rijden regent het af en toe een beetje, maar ook schijnt de zon af en toe. Prachtig al die kleuren zand. Denk je dat je op vlak land rijdt, blijk je op een hoogvlakte te rijden. Kom je om een berg heen, kijk je zo de diepte in.
Om kwart over tien vertrokken uit Mitzpeh Ramon en om een uur zijn we in Rivièra appartementen in Eilat. Als we inchecken blijkt dat bij hen bekend is dat we alleen ontbijt geboekt hebben. We hebben gelukkig bewijs bij ons dat het half pension is. Na wat heen en weer gebel kunnen we ontbijten in Royal Garden en dineren in King Salomon.
Vanmiddag lopen we via de boulevard naar de stad. Eerst kijken we even rond richtig Akkaba. Daar hebben de bedoeïenen een plaatsje gevonden. Wat een bende. Ook zien we daar de eerst dode sprinkhanen liggen. Later zien we ze ook nog vliegen en landt er eentje op Frans zijn mouw. Ik wist niet dat sprinkhanen zo groot en dik waren. Deze zijn rood. Alles bij elkaar, levend en dood hebben we er acht gezien. Swen sms-te vanmorgen of we er last van hadden. Nou, niet echt dus. Je ziet hier ook geen afgekloven bomen en planten, dus hier hebben ze niet echt huisgehouden.
Vanavond eten we weer heerlijk. De temperatuur is wat fris. Veel wind en ± 20º.
Kopje koffie en een wijntje en op tijd naar bed.
Dinsdag 23 november 2004.
Een vervelende nacht gehad. Eerst even geslapen tot twaalf uur en daarna begint het. Er komen jongelui die herrie beginnen te maken. Echt de hele nacht door. Om vijf uur wordt Frans het echt zat en belt de receptie. De securety wordt er op af gestuurd. Even rustig, maar tot zes uur nog steeds praten lachen en schreeuwen. Frans belt weer. Geen effect. Om zeven uur worden ze pas rustig. We gaan naar het ontbijt in Royal Garden en daar staat de receptioniste die gisteren in Rivièra was. Ze vraagt of alles goed is en dan vertellen we haar dat het erg onrustig was vannacht. Ze pakt de telefoon en regelt gelijk dat we een andere kamer aan de andere kant van het zwembad krijgen. Na het ontbijt brengen we gelijk alles naar de andere kamer . Het ontbijt smaakt ons trouwens heerlijk.
Daarna stappen we in de auto en nemen de weg richtig Uvda. Prachtige kleuren in de bergen. We komen langs de bron van Nefatim. We rijden een weggetje in en hebben bij uitzichtpunt Mount Shelamon een prachtig uitzicht over de bergen en de Rode Zee. Ook nemen we de weg naar Yos’fat. Als je boven bent heb je een prachtig uitzicht over de Rode Zee en Eilat. Dan rijden we terug via de nieuwe stad Eilat. Een prachtige villawijk is er weer gebouwd. We rijden langs de Coral Beach richting Egyptische grens bij Taba en volgen de weg naar de Camelfarm. Net daarvoor is een echte sprinkhanengolf. Ze zwermen voor onze auto uit en strijken neer in de bomen.
Uitzicht bij Eilat.
Daarna drinken we koffie langs de Coral Beach bij Aqua Line, een cafeetje bij een duikuitrustingverhuurbedrijf. Later wandelen we in de oude stad nog wat rond. Daar zien we een Imax 3 D theater. We vragen wanneer de onderwaterfilm draait. Het is bijna drie uur en om vier uur draait deze film. We kopen kaartjes en om vier uur komen we terug. We verstaan niets, maar de film op zich is prachtig. We krijgen een bril op en het is net of je zelf in een onderzeeboot alles kan bekijken. De film duurt drie kwartier en om vijf uur zijn we weer terug in ons appartement. We drinken een lekker glaasje wijn en om zeven uur eten we weer in King Salomon. Het eten is goed, maar het lijkt wel een fabriek.
O, wat zijn wij lui. Weer op tijd naar bed.
Woensdag 24 november 2004.
Allebei heerlijk geslapen. We ontbijten weer in Royal Garden. Er ontbreekt niets. We laten een heerlijk omeletje bakken. Later liggen we lekker lui aan het zwembad. Ik zwem nog even en Frans heeft schik met de Jeruzalem Post.
Frans gaat om half een nog even naar de luchthaven om te vragen of de koffers eerder ingeleverd kunnen worden. Dat kan daar niet. Anders hadden we ze gelijk weggebracht met de auto. Niet dus.
Om drie uur brengen we de auto weg en lopen via het winkelcentrum en langs de boulevardwinkeltjes terug. We drinken nog wat en doen een tukje. Om zeven uur gaan we weer naar King Salomon om te eten. Het is weer lekker. Op tijd naar bed en we zetten de wekker op drie uur.
Donderdag 25 november 2004.
Om drie uur staan we op en om half vier gaan we naar de receptie. We vragen om een taxi en die is er snel. Dus voor vier uur zijn we al op het vliegveld. Deze keer is het open.
Een serieuze controle. Het blijkt dat de stempels voor Egypte aanleiding geven om wat meer gedetailleerde vragen te stellen. Om half vijf zijn we klaar en nemen we een kopje koffie. Ik denk dat er twintig mensen om half zes met het vliegtuig meegaan. Om tien voor half zeven landen we en inmiddels is het licht. We worden nu weer met een bus naar het hoofdgebouw gebracht. Om kwart voor zeven zitten we kant en klaar in het nieuwe luchthavengebouw te wachten tot het half drie wordt. We lopen wat heen en weer en eten bij de Mc Donalds wat. Om half twee kunnen we het vliegtuig in en om half drie wordt er door de captain omgeroepen dat we van Eurocontrol geen toestemming krijgen om te landen op Schiphol. Om vier uur vertrekken we toch. We krijgen drankjes voldoende en een zakje pinda’s/ We eten heerlijk kip met rijst.
Het blijkt achteraf dat er erge mist is in Nederland, vandaar de vertraging, maar om kwart over acht kunnen we toch landen. De koffers nog ophalen en dan naar huis. Wie zal ons ophalen? Zal Kim erbij zijn?
Onze koffers komen maar niet en dan wordt er gezegd dat ze in Tel Aviv zijn gebleven en dat ze de volgende dag thuis bezorgd worden. Frans vult nog wat formulieren in en ik ga vast naar de ophalers. Dat zijn Swen en Monique. Frans komt al gauw met de mededeling dat de koffers morgen tussen twee en zes uur thuis bezorgd worden.
Achteraf blijkt dat om ’s avonds half negen de eerste koffer en om half twaalf de tweede koffer wordt bezorgd. Gelukkig is alles weer terecht en hebben we een onvergetelijke vakantie gehad.