Zwitserland 1991 zomer

Zomervakantie Pontresina 12 juli t/m 3 augustus 1991

Vrijdag 12 juli 1991

Om kwart over negen hebben we eerst Swen uitgezwaaid, die met Peter, Jeroen en Pieter veertien dagen naar Valkenburg gaat. Zij gaan naar camping Den Driesch en maken gebruik van een geleende bungalowtent. Vannacht heeft het flink geonweerd, maar nu de jongens vertrekken is het lekker weer. Ze hebben er zin in. Om tien voor half drie vertrekken wij richting Deil, waarna we Lex, Atie  en hun dochter Marcia op de eerste parkeerplaats na Deil, richting Nijmegen, hebben begroet. Lex en Atie zijn vandaag 20 jaar getrouwd, zodat we hier gelijk maar aan de koffie beginnen, die is voorzien van cake wegens het heuglijke feit.

Om kwart over vier reden we de Duitse grens over. Ingrid en Jorrit weten nog niet dat ze in Duitsland zijn, want die liggen heerlijk te slapen. Het zonnetje is er de hele dag lekker bij, maar het is best uit te houden. Half zes zijn we bij Autobahnkreuz Keulen, waar we in de file duiken, maar gelukkig lost die gelijk op. Ingrid weet inmiddels dat ze in Duitsland is. Jorrit ligt nog te ronken. Kwart over zeven stappen we weer in de auto nadat we heerlijk brood met aardbeien gegeten hebben. Naar Koblenz nog 67 km. Tien over negen benzine getankt bij Tankstelle Hunstruck en koffie gedronken buiten op een bankje op 34 km van Mainz.

We zijn van plan nu een grote ruk te maken. Om kwart voor twaalf zijn we gestopt op een Raststätte ongeveer 130 km voor Basel. We hebben onderweg nog een onweersbui gehad, maar konden toch nog even buiten wat drinken voor het slapen gaan. Allemaal heerlijk geslapen. We werden gewekt door een vrachtauto met schapen die vlakbij onze caravans stond.

Zaterdag 13 juli 1991

Om tien over half negen vertrokken. Het is bewolkt, dus heerlijk om te rijden. Frans heeft vanmorgen eerst even naar de verlichting van de caravan gekeken, want die klopte niet. Als de koelkast op 12 volt stond ging de verlichting van de caravan branden. Het is opgelost, dus op naar Basel.

Tien voor half elf de Zwitserse grens gepasseerd, zonder ophouden. De stickers voor het rijden op de snelweg en een vergunning voor de lengte en de breedte gekocht. Het weer is inmiddels weer beter geworden. Het zonnetje doet weer volop mee. Nu eerst een plekje zoeken om koffie te drinken. Vijf over half twaalf zitten we weer in de auto, nadat we een lekker kopje koffie hebben gedronken. Nu richting Zurich. We hadden flink de gang erin en kwamen om half drie aan het eind van de snelweg bij Thusis. Op een rustig plekje heerlijk de stoeltjes en tafeltje uitgezet en heerlijk gegeten. Om half vier gingen we weer verder de bergen in. Half zes zijn we bij het meer van Silvaplana. Het rijden is Frans alles meegevallen en we hebben prachtig uitzicht over de sneeuwbergen.

De nieuwe auto (Opel Omega) van de familie Bastijn doet het ook zoals het hoort. Atie kreeg soms de kriebels, vertelde ze bij de Julierpas, maar dat hoeft niet want het ging goed.

Ongeveer kwart voor zes reden we de camping in Pontresina op.We dachten dat er geen plaats meer was, maar toen we bij de receptie vroegen of er plaats was voor twee caravans mochten we gaan zoeken en ons daarna melden. Na lang zoeken vonden we twee plaatsen aan de rand van de camping naast een transformatorstation.Eerst dachten we het niet te doen omdat we meenden last te krijgen van het gezoem wat daarbij was, maar nog denkende aan het geraas van de auto’s bij Lenie op camping de “Urmiberg” in Brunnen kon dit geen bezwaar zijn.

Nadat we de caravans op hun pootjes gezet hadden, hebben we eerst wat gedronken en daarna zijn de mannen begonnen met de luifels opzetten, Ingrid en Marcia met de tenten opzetten en Atie en ik met eten koken. Toen we zaten te eten begon het te regenen en te onweren. Na het eten telefoneerden Atie en ik nog even naar Holland om de adressen door te geven.

Zondag 14 juli 1991

De hele nacht heeft het geregend en de temperatuur is om tien uur nog niet boven de 10 graden geweest. Het regent iedere keer even. Een sombere dag. Soms loopt de temperatuur terug tot onder de zeven graden. Tussen de buien door zijn we de camping nog over gewandeld. De camping is groter dan we dachten. Op de camping verblijven op een apart veld nog leden van de Koninklijke Nederlandse Alpinistenvereniging. Er zijn verder niet zoveel Nederlanders. We hebben wel gezien dat we toch weer een paar leuke plekjes bemachtigd hebben, zo aan de rand van de camping. Alleen de luifel van Lex lekt behoorlijk en dat is nog nooit voorgekomen. Als het morgen droog blijft gaat Lex de luifel inspuiten. In de loop van de dag klaart het weer wat op. De wolken vertrekken uit het dal……Ingrid had buikpijn. ’s Middags na het eten spelletjes gedaan met Ingrid en Jorrit en ’s avonds nog “gerummicubt”met Ingrid.

Camping “Plauns”.

Maandag 15 juli 1991

Het weer is opgeknapt. Het zonnetje schijnt heerlijk en we gaan buiten koffie drinken. De buikpijn van Ingrid is over. Lex is er inmiddels achter waarom de luifel lekt. “DE LUIFEL ZIT BINNENSTE BUITEN”. Na de koffie zijn we naar Pontresina gegaan om bij de VVV informatie te halen over de omgeving. Daarvandaan zijn we naar het station gegaan, op de trein gestapt naar Punt Muragl, daar in de bergbahn naar Muottas Muragl gestapt en vandaar op niveau gewandeld naar Alp Languard, daar weer in de stoeltjeslift gestapt en weer naar beneden waar we in Pontresina uitkwamen.

Het was een prachtige wandeltocht met uitzicht op het Silvaplanameer, het meer van St. Moritz en het meer van Sils en aan de andere kant de gletsjer van Morteratsch, de gletsjer die we ook vanaf de camping kunnen zien. Het is vandaag helder en zonnig weer. Frans is flink roodbruin teruggekomen van de wandeling. Heerlijk op de camping in het zonnetje nog wat gedronken. De zon is tot half acht op de camping. Daarna koelt het hard af en moet de lange broek weer aan. Nog buiten in trainingspakken koffie gedronken, naar de ouders van Frans gebeld en toen naar binnen. Om half tien nog een potje geklaverjast met Lex en Atie en lekker op tijd naar bed.

Dinsdag 16 juli 1991

Het zonnetje scheen ons al tegemoet vanuit de caravan. Het was nog fris, maar heel snel konden we in ons badpak lekker gaan zonnen. Het is uitkijken, want je verbrandt erg gauw. Frans was zo rood als een kreeft en Lex deed niet veel onder. We zijn de hele dag op de camping geweest zodat er weinig te melden valt. Na het eten ’s avonds begon het te regenen en te onweren. Bij Lex en Atie in de caravan nog een potje geklaverjast en op tijd naar bed.

Opstapplaats Bergbaan naar Muottas Muragl.

Blik op Samedan.

Op weg naar de stoeltjeslift bij Alp Languard.

Woensdag 17 juli 1991

Het was droog toen we opstonden, maar dat duurde niet lang en om half elf regende het dat het goot. We waren vandaag van plan om de Berninapas op te gaan, maar dat stellen we nog maar uit. Het zal een stadje bekijken worden. Of Davos of St. Moritz. We zien wel.

We zijn dus naar Silvaplana geweest. Zo weinig winkels te zien dat we de auto niet uit geweest zijn. Toen terug naar St. Moritz. Daar even rondgekeken. Een cadeautje gekocht voor Lex die morgen jarig is. Toen zijn we nog doorgereden naar Samedan. Frans voelde dat de auto afgeremd werd. Het rechter achterwiel werd warm. In Samedan leuke winkeltjes gevonden. Leuk stadje. Daar hopen we nog een keertje terug te komen. Hier gelijk onze boodschappen gedaan. Om kwart over vijf waren we weer terug op de camping. Lex en Frans hebben naar het achterwiel van de auto gekeken. Toen bleek dat de handrem vast geroest zat. Gelukkig hebben ze het samen los gekregen. Ondertussen pannenkoeken gebakken en na het eten de was gedaan. Toen begon het weer te regenen. Hopelijk wordt het morgen beter. Het is voorspeld.

Donderdag 18 juli 1991 

Lex jarig. Prachtig weer. Eerst op ons gemak koffie gedronken met gebak ter ere van Lex. Daarna in de auto gestapt om naar de Bernina Hospiz te gaan. Daarvandaan zijn we teruggelopen naar de stuwdam en aan de andere kant van het meer richting Grüm, eerst naar boven naar Sassal Masone op 2377 m hoogte. Daarna naar Alp Grüm waar we op de trein zijn gestapt en weer terugreden naar Hospiz Bernina. De kosten daarvan voor ons vieren waren Zw.fr. 5,20. Daar weer naar de auto gewandeld en nog een kwartiertje gereden naar de camping. Het was een prachtige tocht met onderweg nog verschillende plakken sneeuw.

Bij Sassal Masone Hadden we uitzicht over het hele dal en ook op een gletsjer. Toen we terugkwamen is Frans nog even doorgereden naar Morteratsch. We dachten dat het een klein dorpje zou zijn , maar dat was het zelfs nog niet. De weg liep dood en aan het eind stond een hotel en was er een stationnetje. Ook was er een parkeerplaats van waaruit men wandeltochten kan maken. Prachtig uitzicht op de Morteratsch-gletsjer en watervallen.

Lex had ondertussen drinken voor ons klaar staan, wat in dank genuttigd werd. ’s Avonds bij Lex en Atie in de caravan nog verjaardag gevierd. Ingrid heeft weer Nederlandse vrienden gevonden.

Joke, Jorrit en Ingrid.

Frans en Jorrit.

Marcia, Ingrid en Jorrit.

Ingrid, Lex, Jorrit en Frans.

Joke, Jorrit en Ingrid.

Lex, Jorrit en Frans.

Frans maakt een sneeuwbal klaar.

Daar gaat ie.

 Even rusten op de dam van Logo Bianco.

Hier liepen wij het pad uit.

Wij begonnen bij de Berninapas, boven langs, linksom naar Sassal Mason’. Daarvandaan naar Alp Grüm, daar op de trein gestapt en terug naar Berninapas.

Op het terras bij Sassal Melone.

De “ijskast” bij Sassal Masone.

Vrijdag 19 juli 1991

Heerlijk weer. Het was vanmorgen gelijk warm. Rustig aan gedaan en net toen we koffie wilden gaan drinken waarschuwde Marcia ons dat er waarschijnlijk brand was in de caravan tegenover ons en of Frans kwam met zijn brandblusser. Frans stond zich te scheren en vloog de caravan uit met de brandblusser.

Het scheerschuim zat nog in zijn oren. Je zag rook uit het dakluik van de caravan komen, maar we wisten niet wat er aan de hand was. Frans en Lex en nog een paar mensen hebben druk geprobeerd de caravan open te maken maar dat lukte niet erg. Lex ging naar voren om de campingeigenaar te waarschuwen en die kwam met de eigenaar van de caravan. Toen had Frans net de caravan open en had er een snelkookpan uitgehaald. Die bleek op het gas te staan met spek erin en te weinig water. Dat spek was zo gaan verbranden dat de rook van de snelkookpan het dakluik uitkwam. Er hing een walm in die caravan!!!

Om van de schrik te komen heeft Atie de mensen uitgenodigd om een kopje koffie mee te drinken. Die nodigden op hun beurt ons uit om ’s avonds een glaasje wijn met elkaar te drinken.

Vanmiddag zijn we naar de Malojapas geweest. Daar hebben we een ruïne van een oud hotel omtrent de eeuwwisseling bezichtigd en hadden we uitzicht over de bergen. Daar zijn ook “gletsjermühlen”, dat zijn gaten door ijs gesleten, waarin ook nu soms nog sneeuw ligt, of vol staan met water. Een hoofddoekje van Zwitserland gekocht en voor Jorrit een rode kleppet.

Vanavond naar Pontresina geweest waar een grote folklore-avond was. Best wel leuk om naar te luisteren. Alleen de achtergrond was al een plaatje: sneeuwbergen en avondwolken. Daarna (om kwart voor tien) kwamen de Zwitsers nog even langs met hun fles wijn. Het bleek dat meneer afgevaardigde was van een Onderlinge Verzekeringsmaatschappij. Hij had ook een eigen zaak in badkamer- en andere meubelen, kozijnen e.d. Hij had 80 werknemers in dienst. Ook was hij nog 20 jaar brandweercommandant geweest. Hij vertelde hier vaker geweest te zijn en regelmatig terug te komen. De wijn die we dronken ging hij net over de grens halen, in Livigno. Dat is een gebied waar van oudsher geen belasting wordt geheven en de alcoholische dranken, sigaretten, parfum e.d. veel goedkoper zijn. Om twaalf uur gingen ze naar huis. De hele avond buiten gezeten.

Malojapas.

 

 

Jorrit met een vlinder op zijn arm.

Dit is zijn droom. (en ook van zij vader)

Zaterdag 20 juli 1991

Vandaag begint weer met mooi weer. Buiten aan de koffie met z’n allen en daarna in de auto gestapt naar Livigno. Wij willen ook wel eens zien of alles echt zo goedkoop is als meneer Loosli zegt. Toen we daar aankwamen waren de winkels dicht vanwege de middagpauze. Toen hebben we daar in restaurant Steinbock gegeten. Toen we klaar waren met eten werd het druk in het dorpje. Het leek Valkenburg wel. Het was winkel in, winkel uit alleen maar drank, parfum en sigaretten. Verder niet veel bijzonders. De creditcard van Frans was daar erg handig. Toen we terugreden hebben we boven op de Berninapas nog een kopje koffie (chocolade) gedronken en zijn we daarna nog doorgereden naar Pontresina voor de gewone boodschappen. Het was al half zes en zaterdag, dus de winkel was al gesloten. Frans is nog even doorgereden naar het station voor een krant en had zelfs de Telegraaf van vandaag. Nou, zonder boodschappen komen we de zondag ook wel door. Na het eten kregen we weer een onweersbuitje.

Zondag 21 juli 1991 

Vandaag wilden we weer een grote wandeling gaan maken, maar Lex en Atie hebben een vervelend telefoontje gekregen van degene die thuis hun post weghaalde. Die had een rouwkaart zien liggen en heeft gekeken wie het was, die overleden was en dat bleek een sous-chef van Lex te zijn van 40 jaar oud. Lex kende deze man al heel lang. Dat was een hele domper. We hebben de dag verder rustig doorgebracht en nog twee keer geprobeerd naar de ouders van Frans te bellen. ’s Avonds hebben de Loosli’s nog een kopje koffie gedronken buiten) en zijn we om half tien naar binnen gegaan.

Maandag 22 juli 1991

We zijn naar Lagalp gereden. Daar met de kabelbaan omhoog. Toen we boven op Piz Lagalp waren hadden we een prachtig uitzicht aan alle kanten over de bergen. Veel witte toppen met gletsjers. Prachtig. De camera van Frans weigerde verschillende keren, wat erg jammer was. Af en toe was er flinke bewolking, maar dat was niet erg want we waren nu al verbrand. Jorrit hield het ook goed uit met zijn korte beentjes. Toen we wilden gaan eten bij een paar flinke rotsblokken vond Lex nog een horloge. Atie en ik hielden van deze wandeling flinke spierpijn over. Toen we terug kwamen hebben we buiten nog lekker wat gedronken.

 Druk bezig in de ontmoetingsruimte van de camping, de avond voordat we 20 jaar getrouwd waren.

 

’s morgens om kwart voor acht zingen.

Twintig jaar geleden begonnen we toch anders. 

Dinsdag 23 juli 1991

Vandaag 20 jaar getrouwd. En dat hebben we geweten. Voor acht uur werd er al op de deur van de caravan geklopt en begon men te zingen. Men waren: Lex, Atie, Marcia, Ingrid, Jorrit, verschillende mensen van de Alpinistenvereniging en de Loosli’s.

Toen we buiten kwamen met slaperige gezichten zagen we dat er een spandoek hing met daarop: ssstt, net (20 jaar) getrouwd, versierd met bloemen en ballonnen. Het ontbijt stond buiten klaar en iedereen feliciteerde ons. Van Jorrit kregen we een mooie kleurplaat die hij al van de kleuterschool had. Van de Loosli’s kregen we nog een notentaart in onze handen gedrukt. Die vertrokken een half uurtje later naar huis. Ze lieten hun adres achter. Later rustig koffie met gebak genomen en verschillende mensen die voorbij liepen lachten toen ze het spandoek zagen hangen. ’s Middags zijn we naar Celerina gereden en vandaaruit gaan wandelen boven langs Samedan en bij Bever weer naar beneden. Daar weer op de trein gestapt en weer naar Celerina, naar de auto. Een mooie tocht, waar we veel soorten bloemen zagen en ook nog een hert. Zoals je ziet zijn de foto’s gelukt. Ook een prachtig uitzicht over het hele dal. Ingrid en Marcia liepen niet mee. Ingrid heeft zich bij een meertje vermaakt met jongelui van de Alpinistenvereniging. ’s Avonds zijn we met ons viertjes in Pontresina wezen eten ter ere van onze huwelijksdag. Daarna zijn Lex en Atie nog een glaasje komen drinken en die vertelden dat veel mensen nog langs de caravan hun avondwandeling maakten om het spandoek op hun gemak te bekijken. Het was een mooie dag, die door de medewerking van de familie Bastijn en Ingrid en Jorrit zeer geslaagd was.

Voor hem: potje mosterd grof en sterk. Voor haar: potje mosterd fijn en zacht.

He he.

Hier op de trein gestapt naar Celerina. Daar stond de auto.

 In de verte Pontresina, op de voorgrond Celerina.

Er staat niet voor niets een trap.

Woensdag 24 juli 1991

Vandaag zou een bewolkte dag worden met kans op regen en onweer. Nou, dat is uitgekomen. We zijn om half elf vertrokken naar het station in Pontresina. Daar informeerden we naar de prijs van een retourtje naar Chur. Dat bleek Zw.fr. 53,- per persoon te zijn. Dat was dus te gek.

Toen zijn we met de auto naar Chur gereden via de3 Albulapas. Dat was een prachtige pas, ruig en erg hoog. Maar niet met de caravan te rijden want de weg was veel te smal. Het stuk van Tiefencastel over Lenzerheide zou wel met de caravan te rijden zijn, aangezien deze weg echt twee rijbanen heeft. We hebben er bijna twee uren over gedaan om in Chur te komen. Het was een mooie stad met veel winkels. Dat hebben we de laatste anderhalve week wel gemist. Tegen één uur waren we daar en om half vier ging het waaien en regenen. Om vijf uur zijn we weer in de auto gestapt en teruggereden naar Pontresina, via de snelweg naar Thusis en vandaar de Julierpas over. Jorrit werd onderweg misselijk van al de draaiingen in de weg, maar hij heeft het gered. Hij zat het eerste gedeelte van de rit te spelen en daar kon hij niet tegen. Toen is hij voorin gaan zitten en toen ging het beter. Hij had zelfs weer grapjes. Hij merkte op dat we in de wolken reden en toen vertelde ik dat we boven de boomgrens reden. Hij merkte op: “Ik heb helemaal geen grenshokje gezien met een douane?” Ook de opmerking: “Is er ook een grasgrens?”

Ingrid voelde zich ook niet erg lekker. Al met al was het een hele dag. Om zeven uur waren we thuis en het regende nog steeds.

Voor de caravan van Lex en Atie stonden twee Nederlanders in een tentje. Die waren de regen zat en Atie zag dat en heeft ze uitgenodigd voor de koffie, waar ze dankbaar gebruik van maakten. Om half tien nog even naar voren gelopen om naar huis te bellen. Ma vertelde dat ze nog niets van Swen heeft gehoord. Met Pa ging het aardig. Hij had gister nog gefietst. De slokdarm was nog niet beter. Verder geen nieuws. Het was de laatste dagen mooi weer geweest, maar nu was het broeierig en het onweerde nu. Dus Swen heeft ook mooi weer gehad.

Donderdag 25 juli 1991 

We stonden op en de zon scheen, maar de wolken hingen tussen de bergen. Af en toe hoorde je het in de verte onweren. We hebben nog even buiten in het zonnetje gezeten, maar twaalf uur trok de lucht dicht en begon het te regenen.

Vanmiddag willen we even in St. Moritz-dorf gaan kijken. We verwachten er niet veel van maar dat viel alles mee. Wel veel dure winkels, maar ook gezellige winkeltjes. Af en toe viel er een bui en het was niet warm. Gezellig in een Tearoom wat gedronken. Jorrit vond het warme appelgebak heerlijk. Ingrid ging niet mee want die ging met een stel jongelui zwemmen in het Hallenbad in Pontresina.

’s Avonds regende en onweerde het alweer. De twee Nederlanders uit Almere die gister bij Atie en Lex waren zaten weer in de auto te lezen. Ik heb ze maar weer uitgenodigd voor de koffie en weer vinden ze het heerlijk even de benen te kunnen strekken. Lex en Atie bleven nog even wat drinken maar iedereen ging vroeg naar bed. Lex raakte tijdens de wandeling naar huis een “steentje”, waardoor de kopjes door het gras rolden. En toen maar zoeken in het donker!!!

Sankt Moritz

Vrijdag 26 juli 1991 

We zouden gaan wandelen in het nationale Park, maar ten eerste was het nog geen mooi weer (de wolken hingen erg laag en af en toe vielen er een paar druppels) en ten tweede was ik snipverkouden, zodat ik klimmen nou niet zo erg zag zitten.

Lex en Atie zijn nog even in de buurt van de Morteratschglestjer wezen wandelen en wij zijn in de caravan gebleven. Na het middageten zijn we de boodschappen voor het weekend in Pontresina wezen halen. Frans is nog even langs de villawijk van Pontresina gereden. Die mensen daar hebben leuk uitzicht op de rivier en over het dal en op de achtergrond de gletsjers. Ook nog even een krant van donderdag gekocht op het station.

Zaterdag 27 juli 1991

Het was nog bewolkt weer, dus nog steeds geen weer om de gletsjerwandeling te maken. Tijdens de koffie hebben we beraadslaagd wat te gaan doen. We hebben besloten brood mee te nemen en richting Italië te gaan, de Berninapas over naar Poschiavo.

Poschiavo.

Toen we daar de auto uit gingen was het warm buiten, maar dat komt waarschijnlijk ook omdat het 850 m lager ligt dan Pontresina. Toen we het plaatsje in gingen om te bekijken, kwamen we op een pleintje waar verschillende terrasjes waren en ook een podium, want de vorige avond was er een feestavond geweest. Toen we de kerk rondliepen kwamen we bij een soort waaggebouw met een hekwerk ervoor. Toen we daar doorheen keken zagen we wel 300 schedels liggen met daarbij de tekst “Memento Mori”. Dat vonden we allemaal vreemd en wat daar de betekenis van is zijn we nog niet achter, want het plaatselijke VVV was gesloten.

De R.K. kerk zag er prachtig onderhouden uit. Veel bladgoud gebruikt. Ook was er een Reformatorische kerk, welke ook open was, maar deze kerk was erg sober. Wat opviel was een balk in de muur geschoven die zo voor de deur van de kerk (aan de binnenkant) kon worden geschoven. Het plaatsje zelf zag er keurig verzorgd uit.

Toen we verder reden om wat te eten kwamen we onderweg de treinrails tegen. Diverse keren gingen we er over en ook zagen we in een dorpje waar het dal smal was, dat de trein gewoon een stukje van de rijweg in beslag neemt, net zoals in Amsterdam de tram. Het kan dus gebeuren dat je op de rails rijdt en dat je dan de trein op je af ziet komen. Dan zul je op de baan van het tegemoetkomend verkeer moeten of rechts uitwijken als dat mogelijk is.

Bij een meertje vlak bij Brusio hebben we gegeten en zijn daarna nog doorgereden naar Tirana, dat net in Italië ligt. Ingrid zei het gelijk: “Wat een verschil met Zwitserland. Italië is vies, slecht verzorgd”. We hebben er even wat gedronken en zijn toen weer teruggegaan naar de camping. Het was fris geweest vandaag in Pontresina, dus we zijn de goede kant op geweest. Het werd koud.

Zondag 28 juli 1991

Toen we wakker werden merkten we dat het koud was in de caravan. Dat bleek juist. Binnen was het 4,8 graden en buiten 1,2. Toen ik buiten kwam (tegen negen uur) kon ik nog net op de ruit van de auto schrijven: “28 juli 1991 Pontresina”. Het ijs zat dus nog op de ruit. Maar het is hier ook zo weer warm, want om half elf zaten we weer buiten koffie te drinken.

Voor de koffie nog geprobeerd of Swen al thuis was en dat bleek inderdaad het geval. Die was vrijdagmiddag thuis gekomen en had het prima naar zijn zin gehad. Op de vraag wat voor weer hij had gehad antwoordde hij: “Niet veel zon, maar ook niet regen”. Hij was bij opa’s en oma’s geweest en alles was goed.We besloten tijdens de koffie om vandaag naar het Nationaal Park te gaan bij Zernez.

In dat park is al sinds 1914 niets meer gedaan, zodat de natuur zijn eigen gang kan gaan. Bij Ova Zpin zijn we bij parkeerplaats I gaan wandelen. Je zag er dode bomen liggen, waar dus niets mee gedaan werd en dat waren er heel veel, maar je zag er ook veel kleine bomen weer komen.

Je mocht niet van de paden af, daar stond een boete op. Het was een mooie tocht en om half drie waren we weer bij de auto. Daarna zijn we doorgereden en kwamen bij de Italiaanse grens, bij Punt la Drossa, vlakbij Livigno. Daar moesten we een lange eenbaans tunnel door en moesten aan de kant bij het meer van Livigno Zw.fr. 5,- voor de auto en Zw.fr. 1,- per persoon betalen. Toen verder langs het meer naar Livigno. Daar waren de winkels gewoon open. Op een terrasje nog wat gedronken en toen over de Berninapas weer terug. Bij de Diavolezza-kabelbaan nog even gevraagd of het morgen weer was om de gletsjertocht te lopen en we kregen te horen dat dat waarschijnlijk wel kon.Om zes uur waren we weer op de camping. Ingrid had geen zin om mee te gaan, dus die heeft zich op de camping vermaakt. Rustige avond gehad. Veel gelezen. De familie Bastijn bleef in eigen caravan om met hun dochter spelletjes te doen. Ingrid was weer naar voren, naar de ontmoetingsruimte.

Maandag 29 juli 1991 

Vannacht merkte ik het al. Er kwam een oventje tegen me aan kruipen van de kou. Frans was dus ziek. Hoesten en neusverkouden, niet veel koorts, maar toch niet in staat om de tocht over de Morteratschgletsjer te maken. Toen we het Lex en Atie vertelden zeiden we er gelijk bij: “Als jullie zin hebben moet je gewoon gaan”. Later bleek dat Marcia keelpijn had, dus de familie Bastijn bleef ook thuis. Het was mooi weer dus we hebben lekker buiten gezeten en Frans heeft binnen liggen broeien. Ik ben nog naar Pontresina geweest om boodschappen te doen en een krantje voor Frans te halen. ’s Middags knapte hij op en kwam hij ook buiten zitten. Toen hebben we bedacht om te gaan barbequeën en Marcia en Ingrid brood te laten bakken aan een stok. Lex, Marcia en Ingrid zijn nog naar Pontresina geweest om boodschappen te halen voor de barbecue. Het was heel leuk om te doen en Atie was lekker aan het “tutteren” zoals zij dat noemt. Er moesten ook nog pannenkoeken worden gebakken op een platte steen, maar dat lukte niet zo best. Daar moest toch de koekepan aan te pas komen. De rest van het brooddeeg werd door Jorrit in kleine bolletjes gekneed en mocht hij bakken, samen met Atie.

Atie is vroeger bij de padvinders geweest.

En Lex ook.

Frans ging al weer vroeg naar bed en ging slapen. Hij was warm en heeft nog een paracetamol ingenomen, waarna hij weer ging slapen. Om half tien kwam hij er weer uit. Toen had ik inmiddels met Lex en Atie buiten koffie gedronken. Samen binnen nog wat gedronken en vroeg het bed in gegaan.

Slapend krijg ik hem het meest ontspannen op de foto.

Onderweg naar de Bovalhütte.

Dinsdag 30 juli 1991

We kwamen op met prachtig weer en hebben buiten koffie gedronken. Frans was er weer doorheen, alleen nog neusverkouden. We besloten om niet de gletsjertocht te maken, maar een tocht naar de Bovalhütte. Dat is een tocht van 600 m klimmen en om terug te komen dus ook weer 600 m dalen. We vertrokken om elf uur van de camping naar station Morteratsch. Daar begonnen we om half twaalf. Het was flink afzien, maar de periodes dat we stil stonden hadden we een grandioos uitzicht over de gletsjers.

Blik op de Morteratsch gletscher.

We zagen ook verschillende groepen die met gidsen over de gletsjers naar beneden kwamen vanuit bergstation Diavolezza.We hoorden achteraf van campinggasten die vandaag ook deze tocht gelopen hadden, dat het goed te doen was en dat het een belevenis was.

Onderweg naar de Bovalhütte.

Wij hadden dan geen gletsjertocht, maar we hadden wel een prachtig uitzicht op de gletsjers.

De Bovalhütte.

Uitzicht over twee Gletschers. Linksboven ligt Diavolezza.

Stille getuigen.

Boven bij de Bovalhütte hebben we nog wat gedronken en genoten van het uitzicht. Frans en Atie hebben nog broeken gepast die aan de lijn hingen te drogen. Atie dacht dat het een buitengewoon grote broek was, maar ik zei dat de broeken bij mij aan de lijn niet veel kleiner waren.

Broeken passen.

Frans ging er even naast staan en toen viel het wel mee. De mensen die op het terras zaten wisten ook niet wat ze zagen. Toen moesten we weer naar beneden. Nou, dat heeft Frans geweten. Die kwam de man met de hamer tegen.

Op de terugweg, Frans zag het bijna niet meer zitten.

Omdat hij gister nog koorts had, had hij vandaag nog last van zijn spieren. Het dalen was voor hem dan ook een zware klus, maar zoals hij zelf zegt: “Dat vormt je karakter”.Jorrit hoorde je niet klagen. Voor die knul was het toch ook een hele tocht,, maar op de terugweg zei hij zelfs dat hij nog helemaal niet moe was (en zo gedroeg hij zich ook). Ingrid was op de camping gebleven en is gaan zwemmen met enkele jongelui. Vanavond kwam nog een jong stel uit Holland naast de caravan van Pa en Ma staan met een knots van een tent.

 De beste stuurlui………..

Het bleek dat ze deze tent tweedehands gekocht hadden en nog nooit hadden opgezet. Dit feit werd door verschillende mensen gadegeslagen en (zoals altijd staan de beste stuurlui aan wal) de opmerkingen vlogen het jonge stel dan ook om de oren. Totdat Lex er achter kwam dat het dezelfde tent was die hij vroeger had. Toen was de klus zo geklaard. Toen Lex en Atie kwamen koffie drinken lag Frans nog te slapen op de bank. Ze gingen rustig zitten en Frans maar pitten. Toen hij de koffie rook kwam er een slaperig gezicht boven de tafel. De wandeltocht was toch wel inspannend geweest!!!De Bovalhütte

Woensdag 31 juli 1991

Het waaide vanmorgen en er vielen enkele spatjes regen, dus de voor vandaag geplande kabelbaantocht ging niet door, want de bergen lagen in de wolken. Vanmorgen rustig “getutterd”en naar de familie van Schajik gebeld. Met pa ging het goed. Hij was gisteren twee keer naar Montfoort gefietst en de slokdarm was beter. Swen zou misschien om twaalf uur komen eten. Oma had er al op gerekend.

Vanmiddag naar St. Moritz geweest om boodschappen voor de thuisreis te doen. Ook nog wat voor Swen gekocht. Het werd uiteindelijk een Victorinox zakmes. Koffie gedronken bij Hanzelmann, met uitzicht op het meer en de bergen. Het was er druk, want het regende weer in St. Moritz. Om ongeveer vijf uur waren we weer op de camping. Vanavond heeft het de hele avond geregend met nog wat onweer erbij.

Donderdag 1 augustus 1991

Vannacht om vier uur kwam Ingrid de caravan in. Ze was misselijk en we hebben de tafel bij de rondzit laten zakken en het bed opgemaakt. Leer een warme kruik gemaakt en dat ging al beter. Het regende nog steeds en Jorrit sliep alleen in de tent. Die kwam om zeven uur bij ons en toen regende het nog, al werd het wel steeds minder.

Vandaag is de Nationale feestdag in Zwitserland en dit jaar ook de viering van het 700 jaar Eidgenossenschaft. Rustig koffie gedronken in de caravan en daarna alles opgeruimd en op zijn plaats gezet in de caravan, want morgen vertrekken we naar huis.

De radio is erg gezellig en geeft steeds de feestelijkheden door vanuit St. Moritz. (Radio Piz Corvatsch?). Vanmiddag gaan we ook even kijken.

We zijn naar Samedan geweest. Om half vijf begon daar een show van modelvliegtuigen. Het was koud en druilerig weer dus we zijn er niet zo lang geweest, maar nog net lang genoeg om een broodje Bratwurst te nemen. Het was luik om te zien hoe helikopters op hun kop vlogen en vliegtuigen die probeerden zweefvliegtuigen de lucht in te krijgen.

’s Avonds om half negen zijn we naar St. Moritz gegaan om te kijken wat daar te doen was. We zagen nog net de optocht met lampionnen voorbij komen met voorop de muziek.

Om negen uur begonnen de klokken te luiden, wel een kwartier lang, en toen werd er langs het meer door de inwoners van St. Moritz vuurwerk afgestoken. Door gemeentewerklieden van St. Moritz werden overal langs het meer fakkels aangestoken en in de bergen werden op verschillende plaatsen vreugdevuren ontstoken. Dat was een mooi gezicht.

Daarna zijn we nog even de feesttent ingegaan, welke aan het meer stond. Er werd een groot geest gehouden, wat voorafgegaan werd door een speech van w.s. de burgemeester, die beter zijn mond had kunnen houden want ierdereen praatte vrolijk door. Later kwam een band genaamd “Original Kitzecker”de avond verzorgen. We hadden staanplaats dus we waten om tien uur weer op de camping. Daar gezamenlijk nog wat gedronken en nagepraat over de vakantie. De conclusie was: We hebben het goed gehad met z’n allen.

Vrijdag 2 augustus 1991

Om zeven uur liep de wekker af. Het was bewolkt maar droog en ongeveer half negen gegeten, afgerekend en opgeruimd. Om negen uur vertrokken richting Julierpas.

Om half elf waren we bij Tiefencastel en om vijf voor elf bij Thusis. Om tien over elf bij Chur. Net na Chur hebben we koffie gedronken en gelijk brood klaargemaakt voor onderweg.

Half twee zijn we door Zürich heen, nog 104 km naar Basel. Om drie uur zijn we de grens gepasseerd. Op naar Karlsruhe. Vijf over half vier stapten we weer in de auto, nadat we op een parkeerplaats wat gedronken hadden. Half zes zijn we bij Karlsruhe. Het gaat fantastisch.

Lex had gepland om zes uur bij Basel te zijn. Dat wordt dus een nieuwe planning.

Om zeven uur rijden we camping Nibelungenbrücke te Worms op, waarna we de caravan afkoppelen en richting stad gaan om wat te eten. We moesten erg lang wachten op het eten, maar we zaten heerlijk buiten in de tuin van het restaurant. Om half elf weer op de camping. Jorrit en Ingrid gingen naar bed en wij zijn samen nog even over de camping naar de Rijn gewandeld en daarna ook ons bed ingedoken. De temperatuur was heerlijk.

Zaterdag 3 augustus 1991

Om zeven uur opgestaan met heerlijk weer. Het zal vandaag tussen de 23 en 26,5 graden worden. Om kwart voor negen vertrokken richting Koblenz. Nog 112 km. Om tien voor twaalf weer in de auto na koffiepauze, 45 km voor Keulen. Om vijf over half twee, 35 km voor Nijmegen (ongeveer bij Goch) gestopt omdat Atie niet lekker werd. Die had flinke hoofdpijn en heeft een poosje gerust. We hebben de stoeltjes buiten gezet en zaten heerlijk in de schaduw van de caravan wat te drinken. Om kwart over twee wilde Atie naar huis. “Daar alleen knap ik op, als ik in mijn bed lig”, zei ze.

Om drie uur waren we bij de Goudreinet in Kesteren. Daar op de parkeerplaats hebben we afscheid genomen van elkaar en hebben we de familie Bastijn nagezwaaid. Die gingen gelijk door naar Papendrecht en wij hebben daar nog gegeten, als afsluiting van de fijne vakantie.