Techniek: TIPA maakt biologisch afbreekbare plastics

 
 
De Israëlische startup TIPA maakt plastic-achtige zakken en verpakkingen van biomaterialen, die na gebruik desintegreren en zelfs gebruikt kunnen worden voor compost in de tuin. Plastic afval is al vele jaren een groot probleem in Israël en daarbuiten.Zoekend naar een manier om het plastic voor voedsel- en drankverpakkingen, dat tweederde van het plastic afval in de wereld uitmaakt, te vervangen, hebben wetenschappers van TIPA Corp Ltd een materiaal ontwikkeld met een plastic-achtige duurzaamheid, flexibiliteit en transparantie, maar in tegenstelling tot plastic is het volledig compos­teerbaar binnen een half jaar.

De startup zegt dat zijn technologie geïnspireerd is door de natuur. Zoals de schil van een sinaasappel, die het fruit binnenin perfect beschermt en die na het weggooien van het fruit tot ontbinding overgaat.

De verpakkingen van TIPA zijn volgens de verklaringen van het bedrijf bruikbaar voor een grote verscheidenheid aan producten, zoals verse producten, diep­vries­produc­ten en kleding,. De compos­teerbare materialen zijn gedeeltelijk gemaakt van plantaardige ingrediënten zoals maïs.

Een aantal supermarkten in Europa hebben de innovatieve verpakkingen voor vers fruit geïntroduceerd en enkele grote kleding­ontwerpers sturen nu hun online verkopen in de afbreekbare verpakking van TIPA. De nieuwe technologie heeft volgens schattingen al het gebruik van 100 ton plastic voorkomen, dat de aarde zou hebben vervuild.

Google maakte vorige week bekend, dat het bedrijf de verpakking van TIPA zal gaan gebruiken om zijn producten te verschepen die op de shopping site van Google worden gekocht.

TIPA is gevestigd in Hod Hasharon, een stad in centraal Israël, heeft ongeveer 40 medewerkers en heeft tot op heden bijna $ 24 miljoen aan investeringen opgehaald, volgens een gesprek van de handelsnieuws-website Calcalist met Merav Koren, de marketing onderdirecteur van TIPA van opgeheven.

Israël blijft nog steeds achter bij veel landen bij het verminderen van het gebruik van plastics en hun schadelijke effecten op het milieu. In Israël betalen de klanten NIS 0,3 (ongeveer 9 cent) statiegeld voor kleine het drankflessen en blikjes, die kunnen worden teruggebracht voor recycling. Bij flessen van meer dan 1 liter zijn er geen kosten aan verbonden, en hoewel er in elke stad in het hele land recycling­bakken staan (zie foto), nemen de meeste mensen niet de moeite om ze te gebruiken.

In 2017 werd een nieuwe wet aangenomen die supermarkten verplicht om ₪ 0,1 (ongeveer drie cent) in rekening te brengen voor plastic zakken die worden gebruikt voor het verpakken van boodschappen. Hoewel deze inspanningen het gebruik van plastic in Israël gedeeltelijk hebben verminderd, komen de meeste kunststoffen die worden gebruikt voor verpakkingen en andere producten, die bijna 70 procent van alle kunststoffen uitmaken, nog steeds terecht in de parken, waterwegen en vuilnisbelten in het hele land.

Misschien zal het internationale succes van TIPA de lokale bevolking en zakenmensen inspireren dat er een betere manier is om van de praktische voordelen van plastic te genieten en tegelijkertijd ons kostbare en kwetsbare milieu te beschermen.

Klachten over Internationale ‘waarnemers’ in Hebron


Al 25 jaar lang patrouilleren de medewerkers van TIPH (Temporary International Presence in Hebron) in de stad Hebron om de situatie in de stad Hebron te observeren. Zij willen waarborgen dat de overeenkomsten tussen Israël en de Palestijnse Autoriteit en de mensenrechten worden gerespecteerd.

De organisatie is opgericht door een overeenkomst tussen de PLO en Israël met de landen Italië, Zwitserland, Turkije, Zweden, Noorwegen en Denemarken. Het verdrag bepaalt dat deze landen waarnemers naar Hebron sturen. Hun rapporten gaan dan naar hun landen van herkomst, Israël en de Palestijnse Autoriteit.

De TIPH-missie is, zoals de naam al aangeeft, beperkt in duur en wordt om de zes maanden verlengd. De laatste tijd zijn er steeds meer klachten over het personeel van de buitenlandse missie. In de zomer werd een Zwitserse TIPH-medewerker gefilmd, die een 10-jarige Joodse jongen in Hebron sloeg. In een ander geval werd een werknemer betrapt door een beveiligingscamera, toen hij de banden van een auto van een Joodse burger van Hebron doorprikte.

Een TIPH-medewerker bezig met de auto van een Joodse inwoner van Hebron.

Israëlische soldaten klaagden ook dat het TIPH-personeel zich zou mengen in hun werk bij de controlepost en doelbewust onrust en ruzie zou veroorzaken om hun aanwezigheid ter plaatse te rechtvaardigen.

De minister van Binnenlandse Veiligheid, Gilad Erdan, heeft zijn bureau opgedragen een verslag op te stellen over de activiteiten van de organisatie. De resultaten zijn nu gepubliceerd en bevestigen de klachten over het personeel van TIPH:
‘Het personeel van de missie stoort en ruziet met de soldaten bij de controleposten over de benadering van de Palestijnse bevolking. Ze proberen hun hoge salarissen te rechtvaardigen door het scheppen van confronterende situaties op de contactpunten,’ zegt het rapport.

De Joodse inwoners strijden al lange tijd tegen de organisatie. De geldigheid van de overeenkomst tussen de organisatie en Israël verstrijkt aan het einde van deze maand. Minister Gilad Erdan heeft premier Benjamin Netanyahu nu gevraagd de overeenkomst niet met nog zes maanden te verlengen.
‘Men moet zich niet verbazen dat een groep, samengesteld uit politieagenten uit islamitische landen zoals Turkije en pro-Palestijnse landen, de Israëlische soldaten en de politie in hun werk stoort. De regering moet een voortzetting van de activiteiten van deze groep verhinderen, die schadelijk is voor Israël’, aldus de minister.

TIPH is echter niet de enige internationale organisatie die waarnemers naar Hebron stuurt. Zo kun je in Hebron ook mensen met een vest met de inscriptie ‘EAPPI‘ door de straten zien lopen. Dit is de afkorting voor ‘Ecumenical Accompaniment Programme in Palestine and Israel’, opgericht door de Wereldraad van Kerken. Op haar Duitse website beschrijft het EAPPI (oecumenisch begeleidingsprogramma in Palestina en Israël) de missie van haar missie, ‘om Palestijnen en Israëliërs te begeleiden in hun geweldloze acties en de gezamenlijke inspanningen om een einde te maken aan de bezetting’.

De Israëlische niet-gouvernementele organisatie Im Tirtzu strijdt tegen de medewerkers van deze organisatie, die officieel toerist zijn in Israël en daarom niet mogen deelnemen aan activiteiten zoals patrouilleren in Hebron en het werk van Israëlische soldaten verstoren. Elke ochtend kwamen vrijwilligers van EAPPI bij de controleposten bijeen om de Israëlische soldaten te storen in hun werk en hen internationaal aan de schandpaal te nagelen.

Vertegenwoordigers van Im Tirtzu gaan ook al enige tijd naar deze plaatsen om zelf de activiteiten van de EAPPI-toeristen te filmen, wat ze helemaal niet leuk vinden. Zo meldde Im Tirtzu zijn eerste succes toen de verspreiding van een opname van een vrijwilliger ertoe leidde dat zij Hebron en haar organisatie verliet.

EAPPI vrijwilligers in Hebron

Als TIPH niet langer in Hebron mag werken, zijn er nog steeds vrijwillige toeristen van EAPPI. Overigens adverteert de organisatie nu ook op haar website voor vrijwilligers die willen deelnemen aan de komende ‘drie maanden durende missies op de Westelijke Jordaanoever of Jeruzalem’, zoals de uitnodiging zegt

Analyse: Hamas en Israël dichter bij een totale oorlog

Dinsdagnacht kwamen Hamas en Israël een stap dichter bij een totale oorlog, nadat twee verbeterde Grad-rakettenvanuit de Gazastrook werden gelanceerd in de richting van belangrijke Israëlische bevolkingscentra.

Afbeelding: In de zuidelijke stad Be’er Sheva werd een huis getroffen en zwaar beschadigd door een raket uit Gaza. Een moeder en drie kinderen raakten in shock en moesten daarvoor worden behandeld. (Foto: Yonatan Sindel/Flash90)

Een tweede raket viel in zee, in de buurt van een strand van een belangrijk bevolkingscentrum in centraal Israël, waarschijnlijk Tel Aviv.
Woensdagochtend klonk het Code Rood-alarm opnieuw in het gebied nabij de noordelijke grens van Gaza.

Het Israëlische leger bombardeerde verschillende doelen van Hamas in Gaza na de nachtelijke raketlanceringen. Volgens Palestijnse media werden door die bombardementen minstens zeven Palestijnse Arabieren gedood.

De recentste escalatie kwam nadat de Israëlische minister van Defensie, Avigdor Lieberman, aangaf dat hij genoeg had van het gestage geweld langs de grens met Gaza, evenals van de significante verhoging van infiltratiepogingen vanuit de kustenclave.
Lieberman vertelde verslaggevers dat het Israëlische kabinet moet beslissen of het een grootschalige militaire operatie tegen de Palestijnse terreurbewegingen in Gaza zal starten in het licht van de golf van aanvallen tegen IDF-militairen en burgers in zuidelijk Israël. Het veiligheidskabinet besprak woensdagochtend de verslechterende situatie in zuidelijk Israël.
‘Mijn mening is heel duidelijk,’ zei Lieberman. ‘We moeten Hamas een harde klap toedienen. Dat is de enige manier om het niveau van geweld te verlagen tot nul, of bijna nul.’

De Israëlische minister van Defensie onthulde dat hij van gedachten was veranderd over een grootschalige militaire operatie tegen Hamas en de andere terreurgroepen in Gaza na de gewelddadige rellen die afgelopen vrijdagavond langs de grens van Gaza plaatsvonden. Die rellen vonden plaats nadat Israël een grote hoeveelheid brandstof in Gaza had toegelaten die Qatar, Hamas’ belangrijkste sponsor, van een Israëlische bedrijf had gekocht.
‘Wij hebben alle andere opties in Gaza uitgeput,’ zei Lieberman dinsdagochtend tijdens een bezoek aan het hoofdkwartier van de Gaza-divisie van de IDF, enkele dagen nadat hij tot volledige stopzetting van de brandstoflevering had bevolen.
‘Ik heb een aantal ontmoetingen gehad met het hoofd van het Zuidelijk Commando, het hoofd van de [Gaza]-divisie, de brigadecommandanten, de bataljonscommandanten, ook met militairen. Mijn indruk is dat ze allemaal tot het inzicht zijn gekomen dat de situatie zoals die nu is, niet kan voortduren,’ vervolgde Lieberman.

Hamas heeft de gewelddadige rellen langs het grenshek opgevoerd om te proberen de zogenaamde Israëlische ‘blokkade’ of ‘bezetting’ volledig op te heffen.
Ismail Haniyeh, het hoofd van de politieke tak van Hamas, beloofde vorige week door te gaan met wat de soennitisch-islamitische terreurgroep ‘De Grote Mars van Terugkeer’ noemt, totdat ‘de bezetting van Gaza wordt stopgezet.’

Sinds Hamas de controle over de Gazastrook met geweld heeft overgenomen van de Palestijnse Autoriteit, heeft Israël – met enkele korte onderbrekingen – gemiddeld honderd vrachtwagens per dag met allerlei essentiële goederen en brandstof Gaza binnengelaten.
Een week geleden kondigde Israël bovendien aan dat het bereid was om visa voor zakelijke doeleinden af te geven aan vijfduizend kooplieden uit Gaza, terwijl Qatar de salarissen van ambtenaren in Gaza zou mogen betalen en humanitaire projecten in de door armoede getroffen enclave zou mogen financieren.

Poging tot ontvoering
Afgelopen vrijdag verslechterde de situatie in zuidelijk Israël nog verder, toen naar schatting 15.000 Palestijnse Arabieren deelnamen aan een orgie van geweld langs de grens met Israël. Ondertussen gebruikte Hamas de chaos door een nieuwe poging te lanceren om te infiltreren in de Joodse Staat en om IDF-militairen te ontvoeren.
Nadat Hamas een groot explosief tot ontploffing had gebracht dat een gat in het veiligheidshek blies, probeerden zo’n twintig terroristen Israël te infiltreren onder dekking van een dichte zwarte wolk die door het verbranden van banden was ontstaan. Een IDF-eenheid probeerde het Hamasteam terug te dringen door gebruik van geweervuur, waarbij drie terroristen werden gedood en verschillende anderen gewond raakten.
De IDF zei later dat de infiltratiepoging bedoeld was om een aantal IDF-militairen te ontvoeren. Hamas was van plan om vervolgens een volledige opheffing te eisen van het verbod op goederen die het gebruikt om wapens, raketten en terreurtunnels te produceren.
Hamas interpreteerde de bereidheid van Israël om de humanitaire situatie in Gaza te verbeteren duidelijk verkeerd en dacht blijkbaar dat het een begin was van de capitulatie van Israël.

Sinds eind maart organiseert de islamitische terreurorganisatie wekelijks geweld langs de grens tussen Gaza en Israël. Ook valt Hamas nabijgelegen Israëlische gemeenschappen aan met brandballonnen en brandende vliegers.
Het ‘offensief’ veroorzaakte een ecologische ramp in Zuid-Israël, maar slaagde er niet in om de Joodse Staat op de knieën te krijgen.
Hierom heeft Hamas onlangs besloten om de druk op Israël op te voeren door nachtelijke aanvallen op IDF-posities met granaten, geïmproviseerde explosieven en lasers om IDF-militairen te verblinden.
Tegelijkertijd heeft de terreurgroep haar inspanningen opgevoerd om Israël te infiltreren en Israëlische militairen of burgers te ontvoeren, terwijl ze doorgaat met het graven van terreurtunnels onder de Israëlische grens door.
Op 11 oktober blies de IDF een van deze tunnels op, die tweehonderd meter Israël binnendrong en uitgerust was met elektriciteit en communicatie-apparatuur.

Het doel van Hamas om de Israëlische ‘bezetting’ volledig op te heffen, werd er niet mee bereikt. Integendeel; zoals de zaken er nu voorstaan, kan de terreurgroep opnieuw een verwoestende nederlaag door de IDF tegemoet zien.
De Israëlische premier Benyamin Netanyahu vertelde zijn ministers zondag dat als Hamas niet tot zijn zinnen komt, ‘zij op een andere manier stopgezet zullen worden.’